deel iv, De voortplantingsrevolutie
Fred Pearce schetst in dit gedeelte een hoopvol beeld.
Geboortecijfers gaan in allerlei landen en situaties omlaag, zelfs in arme nog
laag ontwikkelde gebieden. Helaas toont hij te veel optimisme.
13 Zusters
In het eerste voorbeeld beschrijft Pearce de situatie in
Dhaka, Bangladesh. Hij geeft voorbeelden van vrouwen die voor minder kinderen
kiezen. Hij veralgemeniseert dit voorbeeld vervolgens tot:
Vroeger betoogden de demografen
dat pas na modernisering en welvaart een rem kon worden
gezet op de vruchtbaarheid. Dat gaat niet op voor een land als
Bangladesh.
En hetzelfde geldt voor het argument dat vrouwen eerst moeten
worden geschoold en afgebracht van het idee om vroeg te trouwen
voordat ze minder kinderen gaan krijgen. Ook de malthusiaanse
angst blijkt ongegrond dat de armen, als ze de kans krijgen,
zich
voortplanten tot de ondergang.
Uiteraard is dit een hoopvol perspectief, en
deskundigen/demografen beweren inderdaad dat scholing en ontwikkeling geen
noodzakelijke voorwaarde is om tot lagere geboortecijfers te komen. Dat we met
deze berichten nu verder op onze lauweren kunnen gaan rusten is echter
allerminst waar. Een klein voorbeeld is niet voldoende voor het geheel. Zie de
ontwikkeling van de bevolking van Bangladesh:

Even verder schrijft Pearce:
De vrouwen van Bangladesh krijgen nog maar half zoveel kinderen
als hun moeders. Uit vrije keuze. In 1999 merkte de
Australische
demograaf Jack Caldwell op dat ‘van de landen die geen
gedwongen
lange-termijnprogramma voor gezinsplanning hebben gehad,
Bangladesh
het armste is, met een geboortecijfer van minder dan vijf
kinderen
per vrouw.’ Tien jaar later is Bangladesh het armste land met
een geboortecijfer van 3 per vrouw. Hier is iets belangrijks
gebeurd.
Maar wat?
Natuurlijk is hier een belangrijke en hoopvolle ontwikkeling
aan de gang. Maar het is pas voldoende als het geboortecijfer onder de 2 komt,
en een flinke tijd bij voorkeur de 1 nadert. Om de inmiddels ingetreden
overshoot te kunnen opheffen.
Als het nodig is om een “leger van 50.000 jonge,
hoogopgeleide en goed getrainde vrouwelijke gezinsplanners” in een streek
ten zuidoosten van Dhaka in te zetten om dit te bewerkstelligen, dan moet dat
gedaan worden, en uitgebreid worden over de hele wereld. Maar dat vereist wel
een gigantische inspanning en heel veel politieke wil. Ik zou daar uiteraard
voor zijn.
Pearce eindigt een hoofdstuk met het bemoedigende:
Na Caïro hebben in tientallen landen
de meeste vrouwen voor het eerst anticonceptie aanvaard. Rijk
of
arm, socialist of kapitalist, patriarchaal of matriarchaal,
geschoold of
ongeschoold, in de stad of op het platteland, moslim of
katholiek, seculier
of vroom, al dan niet met een strenge geboortecontrole van de
overheid, de meeste landen beleven een voortplantingsrevolutie.
Hoe
ze het ook doen en wat we er ook van mogen denken, de
‘bevolkingsbom’
is onschadelijk gemaakt. Door vrouwen. Omdat ze dat wilden.
In Caïro (bevolkingsconferentie, 1994) zijn de globale
getalsmatige doelstellingen losgelaten, en is alle aandacht gericht op “SRGR”
(seksuele en reproductieve gezondheid en rechten) van vrouwen. Bij de
millenniumdoelstellingen werden deze doelstellingen in kwalitatieve zin nog
aangescherpt, en is het kwantitatieve aspect, dat van de bevolkingsomvang,
verder buiten beeld geraakt.
Het heeft deels een goede werking gehad, met name wat
betreft de wereldwijde emancipatie van vrouwen. Maar helaas worden alle
doelstellingen niet gehaald. Inmiddels wordt ook door voorvechters van
"Caïro" toegegeven dat het loslaten van kwantitatieve doelstellingen
fout was, en dat de noodzaak om de bevolkingsgroei te stoppen groter is dan
ooit. Het is echt te vroeg en te optimistisch om te stellen dat de
bevolkingsbom onschadelijk is gemaakt.
14 Sex and the city
Dit gaat over de lage geboortecijfers in de (mega) steden in
de wereld. Pearce stelt dat:
Er zijn al meer dan 60 landen – die ongeveer de helft van de
wereldbevolking
bevatten – met een vruchtbaarheidscijfer onder het
nationale vervangingscijfer. Tot die club horen nu de meeste
Caribische
eilanden, Japan, Zuid-Korea, China, Thailand, Sri Lanka, Iran,
Turkije, Vietnam, Brazilië, Algerije, Kazakhstan en Tunesië.
Binnen
twintig jaar zullen demografische reuzen als Indonesië, Mexico
en
India hoogstwaarschijnlijk een vruchtbaarheidscijfer onder het
vervangingsniveau
hebben.
Het vervangingscijfer is een lastig cijfer. Van vrijwel alle
landen die Pearce hier noemt, daalt de bevolking slechts in Kazachstan.
15 Singapore in de strop
Singapore is een kleine vreemde enclave. Discussie van de
situatie in Singapore voegt weinig toe in het gehele debat over bevolking.
16 Missende meisjes
Missende meisjes in India en China is uiteraard een enorm
menselijk probleem, voor de betrokkenen. En maakt dus deel uit van de
Volksbeving. Voor mijn kritiek op het boek van Fred Pearce is dit onderwerp
echter niet van belang.
17 Waar mannen nog steeds de dienst uitmaken
En wat je van de grote gezinnen in orthodoxe joodse kringen
en in sommige Palestijnse kringen moet denken weet ik ook niet. Het geeft wel
aan dat op kleine schaal grote gezinnen politieke macht kunnen geven, de macht
van het aantal. Er staan ook grote bezwaren tegenover.
Lees verder: Migranten